Aagje Deken en Betje Wolff - 2002
Foto's -> Kunstwerken -> Aagje Deken en Betje Wolff(Amstelveenweb.com collectie - 2019)
Beeld in brons van links Betje Wolff en Aagje Deken, het Nederlandse schrijfsterduo, gemaakt in brons door Hans Bayens
Het is geplaatst in 1969 en te vinden aan de Amsteldijk Zuid ter hoogte van de Urbanuskerk in Nes a/d Amstel
(Amstelveenweb.com collectie - 2019)
Foto vanuit een andere hoek
Beeld in brons van links Betje Wolff en Aagje Deken, het Nederlandse schrijfsterduo, gemaakt in brons door Hans Bayens
Het is geplaatst in 1969 en te vinden aan de Amsteldijk Zuid ter hoogte van de Urbanuskerk in Nes a/d Amstel
(Amstelveenweb.com collectie - 2019)
Foto vanuit een andere hoek
Hans Bayens werd geboren in Hastire-Lavaux-België op 12 november 1924 als zoon van Nederlandse ouders Han Bayens en Bets Bayens-Polak. Hij studeerde aan het Nationaal Hoger Instituut voor Schone Kunsten in Antwerpen gedurende de jaren 1946-1949en werd beeldhouwer en schilder. Hij werkte een tijdje in Parijs maar vestigde zich in de jaren 50 van de vorige eeuw in Amsterdam. Bayens werkte als schilder in een impressionistische stijl en maakte portretten van onder anderen Willem Drees, Wim Kan en Maurits van Loon. Als beeldhouwer maakte hij een aantal bronzen beelden van Nederlandse auteurs als Multatuli en Theo Thijssen. Hij wordt wel gerekend tot de kunststroming het Onafhankelijk realisme. Naast beeldhouwer en schilder vervaardigde hij ook mozaïeken en was boekbandontwerper. Bayens overleed in Amsterdam op 19 juli 2003.
Beelden van zijn hand die in Amstelveen staan zijn: Schaftende Arbeiders, Gevelstenen Rembrandtweg en Moeder en kind
Bron:Wikipedia
(Amstelveenweb.com collectie - 2002)
Foto van Betje Wolff en Aagje Deken uit 2002, toen Amstelveenweb al alle beelden langsging om vast te leggen voor de website
(Amstelveenweb.com collectie - 2004)
Zelfde kunstwerk, maar nu uit 2004
(Bron: Amstelveen - Acht eeuwen geschiedenis)
Betje Wolff en Aagje Deken, tekening naar een gravure van L. Portman
Aagje (Agatha Pieters) Deken werd op 4 december 1741 in Nes aan de Amstel geboren. In 1745 verloor ze haar ouders en daardoor werd ze opgenomen in het Collegianten weeshuis te Amsterdam, waar zij tot 1767 verbleef. Zij trad in dienst bij de dichteres Maria Bosch, die in haar de liefde voor de poëzie aanwakkerde en haar getrouwe vriendin werd. Op latere leeftijd schreef Aagje in haar 'Geschrift eener bejaarde vrouw' daarover: 'De meisjes hebben het daer voor hunnen stand in de waereld al te wel: men leert haer daer denken!'. Na het verlaten van het weeshuis had ze verschillende dienstbetrekkingen. Later begon ze een koffie- en theehandeltje. Toen Aagje Deken 29 was, nam ze haar intrek bij haar vriendin Maria Bosch, als ziekenverzorgster. Maria Bosch overleed in 1773 en in 1775 verscheen de bundel 'Stichtelijke gedichten', die Aagje samen met Maria Bosch had geschreven. In 1776 begon de briefwisseling tussen Aagje Deken en Betje Wolff, die toen al enige werken op haar naam had staan, de bundel 'Bespiegelingen over het genoegen'.
Betje (Elisabeth) Bekker werd geboren in een gegoede calvinistische familie. Ze had een onstuimig karakter en vrijzinnige ideeën. Haar moeder had ze al jong verloren en haar vader was haar opvoeder. Ze trouwde op 18 november 1759 met de 52-jarige dominee en weduwnaar Adriaan Wolff uit de Beemster. Zijn enige dochter uit zijn eerste huwelijk ging meteen het huis uit. Het nieuwe echtpaar bleef kinderloos.
(Amstelveenweb.com - Gemeentearchief NA)
Kunstwerk van Aagje en Betje in 1965
In 1776 na de briefwisseling ontmoetten Aagje en Betje elkaar voor het eerst. Nadat in 1777 Betjes man, dominee Wolff, overleed, trok Deken bij Wolff in en in september dat jaar betrokken zij samen een huurhuisje in De Rijp. Zij publiceerden hun eerste gemeenschappelijke werk: 'Brieven'. In 1781 erfde Deken ruim 13.000 gulden en de twee gingen in het buiten 'Lommerlust' in Beverwijk wonen. Ze schreven samen nog de 'Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart', dat een groot succes werd en de 'Historie van den heer Willem Leevend'.
Uit onvrede met de situatie in eigen land (na het neerslaan van de opstand van de patriotten in 1787) verhuisden Aagje en Betje in 1788 naar Trévoux in Bourgondië. In 1789 verscheen 'Wandelingen door Bourgogne'. Door financi?le nood moesten zij in 1797 terugkeren naar Holland, waar ze in Den Haag gingen wonen. Aagje Deken stierf daar uiteindelijk op 14 november 1804, negen dagen na Betje Wolff. Beiden werden begraven op de begraafplaats Ter Navolging in Scheveningen. Zowel in Nes aan de Amstel als in Vlissingen zijn monumenten opgericht, respectievelijk een bronzen beeld van een zittende en staande vrouw die samen een boek lezen en een fontein.
Bron: Overgenomen uit Wikipedia
Beelden van zijn hand die in Amstelveen staan zijn: Schaftende Arbeiders, Gevelstenen Rembrandtweg en Moeder en kind
Bron:Wikipedia
(Amstelveenweb.com collectie - 2002)
Foto van Betje Wolff en Aagje Deken uit 2002, toen Amstelveenweb al alle beelden langsging om vast te leggen voor de website
(Amstelveenweb.com collectie - 2004)
Zelfde kunstwerk, maar nu uit 2004
(Bron: Amstelveen - Acht eeuwen geschiedenis)
Betje Wolff en Aagje Deken, tekening naar een gravure van L. Portman
Aagje (Agatha Pieters) Deken werd op 4 december 1741 in Nes aan de Amstel geboren. In 1745 verloor ze haar ouders en daardoor werd ze opgenomen in het Collegianten weeshuis te Amsterdam, waar zij tot 1767 verbleef. Zij trad in dienst bij de dichteres Maria Bosch, die in haar de liefde voor de poëzie aanwakkerde en haar getrouwe vriendin werd. Op latere leeftijd schreef Aagje in haar 'Geschrift eener bejaarde vrouw' daarover: 'De meisjes hebben het daer voor hunnen stand in de waereld al te wel: men leert haer daer denken!'. Na het verlaten van het weeshuis had ze verschillende dienstbetrekkingen. Later begon ze een koffie- en theehandeltje. Toen Aagje Deken 29 was, nam ze haar intrek bij haar vriendin Maria Bosch, als ziekenverzorgster. Maria Bosch overleed in 1773 en in 1775 verscheen de bundel 'Stichtelijke gedichten', die Aagje samen met Maria Bosch had geschreven. In 1776 begon de briefwisseling tussen Aagje Deken en Betje Wolff, die toen al enige werken op haar naam had staan, de bundel 'Bespiegelingen over het genoegen'.
Betje (Elisabeth) Bekker werd geboren in een gegoede calvinistische familie. Ze had een onstuimig karakter en vrijzinnige ideeën. Haar moeder had ze al jong verloren en haar vader was haar opvoeder. Ze trouwde op 18 november 1759 met de 52-jarige dominee en weduwnaar Adriaan Wolff uit de Beemster. Zijn enige dochter uit zijn eerste huwelijk ging meteen het huis uit. Het nieuwe echtpaar bleef kinderloos.
(Amstelveenweb.com - Gemeentearchief NA)
Kunstwerk van Aagje en Betje in 1965
In 1776 na de briefwisseling ontmoetten Aagje en Betje elkaar voor het eerst. Nadat in 1777 Betjes man, dominee Wolff, overleed, trok Deken bij Wolff in en in september dat jaar betrokken zij samen een huurhuisje in De Rijp. Zij publiceerden hun eerste gemeenschappelijke werk: 'Brieven'. In 1781 erfde Deken ruim 13.000 gulden en de twee gingen in het buiten 'Lommerlust' in Beverwijk wonen. Ze schreven samen nog de 'Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart', dat een groot succes werd en de 'Historie van den heer Willem Leevend'.
Uit onvrede met de situatie in eigen land (na het neerslaan van de opstand van de patriotten in 1787) verhuisden Aagje en Betje in 1788 naar Trévoux in Bourgondië. In 1789 verscheen 'Wandelingen door Bourgogne'. Door financi?le nood moesten zij in 1797 terugkeren naar Holland, waar ze in Den Haag gingen wonen. Aagje Deken stierf daar uiteindelijk op 14 november 1804, negen dagen na Betje Wolff. Beiden werden begraven op de begraafplaats Ter Navolging in Scheveningen. Zowel in Nes aan de Amstel als in Vlissingen zijn monumenten opgericht, respectievelijk een bronzen beeld van een zittende en staande vrouw die samen een boek lezen en een fontein.
Bron: Overgenomen uit Wikipedia